Heb jij al langere tijd last van depressiesymptomen en snap je niet waarom je er niet van afkomt?
Meer dan 30 jaar had ik zelf last van depressieve stemmingen.
Van angsten.
Van ongeadresseerd verdriet.
Van lusteloosheid.
Van onderdrukte woede.
In mij huisde een vrijwel dagelijkse wens om niet meer te hoeven leven.
Al met al geen pretje.
Dat is slap uitgedrukt: deze dingen snijden je adem af.
Dodelijk vermoeiend.
Ik deed er van alles aan om ervan af te komen.
Ik vocht ertegen met wat ik nog waard was maar dat hielp niet.
Herken je dat?
Ik had niet in de gaten waardoor al mijn goedbedoelde pogingen en voornemens mislukten.
En niemand heeft mij in die tijd verteld wat ik later pas ontdekte… toen ik eindelijk vrij was van die symptomen.
Heeft een psychiater jou ooit verteld waar jij in depressie het meest moe van wordt?

1989: op het toppunt van mijn depressies zocht ik hulp en deed ik groepstherapie
VECHTEN
Sinds mijn boek “Vrij van depressie in 21 dagen” uitkwam in september 2014, ontvang ik elke week wel een bericht van of over mensen met diverse depressiesymptomen. Ze beschrijven daarin het lijden dat jij en ik zo goed kennen. En altijd lees ik, tussen de symptomen door, zinnen als:
- “Ik vecht (al sinds mijn 26e) tegen depressie…”
- “Ik heb er schoon genoeg van.”
- “Ik raak het maar niet kwijt.”
- “Ik kom er niet vanaf.”
- “Ik ben het helemaal zat. Ik wil het niet meer.”
- “Ik word helemaal gek van.”
- “Het moet nu maar eens afgelopen zijn.”
- “Ik worstel met …”
- “Ik heb last van…”
- “Ik verzet me tegen…”
- “Ik word zo moe van…”
- “Ik raak het maar niet kwijt.”
- “Ik heb geen controle over…”
En ze hebben het over:
- “mijn strijd”
- “mijn eeuwige gevecht”
- “geploeter”
- “monsters waar je niet van kunt winnen”.
Negen van de tien mensen met depressie praten zo.
Vechten.
Altijd weer dat vechten.
Vechten is het stomste dat je kunt doen als je een aanval van depressie hebt.
Ken jij iemand die met vechten tegen depressiesymptomen die symptomen heeft verminderd of overwonnen?
Ik niet.
Ik ken wel heel wat mensen bij wie de symptomen worden alleen maar meer, groter en gevarieerder van aard zijn geworden.
Niet ondanks het vechten… maar dankzij het vechten.
“Ja maar, wat moet ik dan doen?” wordt mij dan vaak gevraagd.
Laat ik vooropstellen: om te doen heb je energie nodig.
Waar zit jouw energie in?
In vechten.
In vechten tegen de wereld zoals die is.
Tegen je gedachten.
Tegen je gevoelens.
Tegen je lijf.
Ik schat dat tot 95% van jouw dagelijkse krachten eraan opgaat.
Toen ik eenmaal vrij was van depressie, voelde mijn lijf aan alsof ik kilo’s was afgevallen.
Dus de vraag “wat moet ik dan doen?” is een vraag die ik graag zou willen omzetten in:
“Hoeveel energie wil jij overhouden voor fijne dingen in je leven?”
Let op: depressie-symptomen zijn als demonen, duivels.
Daar ga je nooit niet van winnen.
Vergeet het maar.
De aanpak van depressie-symptomen vergt vreemd genoeg een welgemeend “Welkom”.
Jij hoeft die symptomen niet weg te duwen om ze achter je te laten.
Je hoeft ze ook niet tegen te houden.
Je hoeft ze ook niet te beteugelen of te bestrijden.
Voor strijd ben je sowieso al telkens te laat als je een aanval van depressie hebt.
Een symptoom betekent dat je zenuwstelsel in je brein al in vuur en vlam is gezet.
En je lichaam reageert onmiddellijk op volle toeren.
In mijn boek “Vrij van depressie in 21 dagen” zul je ontdekken hoe je symptomen moet benaderen zonder ermee te vechten.
De enige manier is een manier waarbij je je kracht behoudt en dus niet verliest.
Met vriendelijke groet,
Tura Gerards
(In juni 2025 al achttien jaar vrij van depressie)